Shockwave therapie
Extracorporale shockwave therapie (ESWT) wordt beschouwd als een van de meest innoverende ontwikkelingen binnen de fysiotherapie en wordt de laatste jaren steeds vaker toegepast in fysiotherapiepraktijken, vaak met veelbelovende resultaten.
Shockwave wordt gebruikt bij patiënten met tendinopathieën (peesaandoeningen); calcificaties (kalkafzetting in de pees); ‘triggerpoints’ in de spieren die bijvoorbeeld naaldenangst hebben waardoor dry needling niet mogelijk is.
Waar kan shockwave therapie bij helpen?
Mogelijke aandoeningen die in aanmerking komen voor shockwave:
Kwaliteitsverlies in het peesweefsel (tendinopathieën)
Schouderpezen
Kniepees
Achillespees
Calcificaties in pezen (kalkafzetting)
Hielspoor klachten
Tenniselleboog
Golferselleboog
Triggerpoint behandeling
Spasme behandeling
Dupuytren (verandering bindweefsel in de hand)
Hoe gaat shockwave therapie in zijn werking?
Tijdens de behandeling zit je op een stoel of lig je op een behandeltafel. Met een behandelkop dient de fysiotherapeut shockwave impulsen (mechanische prikkel) toe op het te behandelen gebied. Deze impulsen zorgen ervoor dat de stofwisseling in het pijngebied en de bloedcirculatie verbetert en eventuele kalkvorming vergruist. In sommige gevallen zal de mechanische prikkel er ook voor zorgen dat er pijnvermindering optreedt. Op deze manier wordt het herstelmechanisme van jouw lichaam gestimuleerd. Met andere woorden: de therapie activeert de eigen genezingskracht van het lichaam. Over het algemeen zijn er drie tot zes behandelingen nodig.
Na de behandeling zal de fysiotherapeut u adviseren over de mogelijke na reactie van de behandeling, en wat u nog meer kunt doen om het herstel van uw klacht te bevorderen.
